Drie-armige kaarsenhouder (Q39010)

Uit Kunstmuseum API
Versie door KunstmuseumBot (overleg | bijdragen) op 22 mei 2024 om 22:55 (‎Item geleegd: Automatic import with wikibase importer for object ([[<Labels @1e3610 _LanguageValues__values={'nl': <LanguageValue @537670 _LanguageValue__language='nl' _LanguageValue__value='Drie-armige kaarsenhouder' _LanguageValue__removed=False>}>|<Labels @1e3610 _LanguageValues__values={'nl': <LanguageValue @537670 _LanguageValue__language='nl' _LanguageValue__value='Drie-armige kaarsenhouder' _LanguageValue__removed=False>}>]]))
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Één van een set kandelabers die hoogstwaarschijnlijk het eigendom zijn geweest van het echtpaar Johan Brantsen en Anna E...delaar. De voet heeft naar links getordeerde ribbels, verlopend in drie C-voluten aan de onderrand.||Museum Arnhem GM 05362
Taal Label Beschrijving Ook bekend als
Nederlands
Drie-armige kaarsenhouder
Één van een set kandelabers die hoogstwaarschijnlijk het eigendom zijn geweest van het echtpaar Johan Brantsen en Anna E...delaar. De voet heeft naar links getordeerde ribbels, verlopend in drie C-voluten aan de onderrand.||Museum Arnhem GM 05362

    Verklaringen

    onbekende waarde
    Drie-armige kaarsenhouder (Nederlands)
    Één van een set kandelabers die hoogstwaarschijnlijk het eigendom zijn geweest van het echtpaar Johan Brantsen en Anna Elisabeth Schimmelpenninck. Zij traden in 1747 te Rheden in het huwelijk. Mogelijk zijn de kandelabers gemaakt voor hun 25-jarig huwelijk in 1772. De kandelaars zijn niet, zoals in de zeventiende eeuw gebruikelijk was, bij een plaatselijke Arnhemse zilversmid vervaardigd maar in het op zilvergebied toonaangevende Den Haag. De kandelaars behoren tot de top van de Haagse rococo-edelsmeedkunst. Burger ontwierp al in 1744 een voorloper van dit model. (Nederlands)
    Onderdeel van een zilveren kandelaber met drie-armige kaarsenhouder. De kandelaar heeft een tulpvormige kaarsenhouder, door een klosje verbonden met een omgekeerd balustervormige stam. Stam en voet zijn verbonden door een nodus met aan weerszijden een klosje. De voet is wijd klokvormig. De armatuur heeft drie afschroefbare kaarsenhouders en drie losse vetvangers in de vorm van een bloemkroon met zes spitse bladen. De armatuur heeft de vorm van drie onregelmatige takken, die ontspringen uit een vlam en eindigen in een kleine kelk onder de vetvanger. De vlam stijgt uit een zesbladige bloemkroon, die op de kandelaar rust. De decoratie bestaat uit onregelmatige rococo-bladmotieven op de kandelaar. De voet heeft naar links getordeerde ribbels, verlopend in drie C-voluten aan de onderrand. (Nederlands)