(Q30700)

Verklaringen

Deze bierpul is gemaakt van serpentijnsteen. Vroeger was men ervan overtuigd dat vaatwerk van dit materiaal uit elkaar zou spatten wanneer er gif aan de drank of de spijzen werd toegevoegd. Serpentijnsteen was een kostbaar materiaal. Deze bierpul met deksel van Arnhemse makelij toont aan dat voorname Gelderse lieden zich dergelijke luxueuze object konden veroorloven. Op het deksel is een alliantiewapen gegraveerd dat is samengesteld uit de familiewapens van het geslacht van Van Lawick en Van Middachten. Het gaat om Johan van Lawick en Elisabeth Judith van Middachten of Hessel van Lawick en Helena van Middachten. Beide paren trouwden tussen 1630 en 1640. De bierpul is hoogstwaarschijnlijk een huwelijksgeschenk voor één van deze twee bruidsparen geweest. De twee vrouwen Van Middachten waren zusjes. De moeder van de zusjes was Theodora Maria van Sallandt, dochter van Cornelis van Sallandt. Cornelis was in 1575 één van de twee burgemeesters van Arnhem en van 1573 tot en met 1576 lid van het stadsbestuur. In 1615 werd hij in de Grote- of Eusebiuskerk begraven. (Nederlands)
Een alliantiewapen is een huwelijkswapen waarin het wapen van de man en dat van de vrouw verenigd zijn onder het helmteken en dek- of helmkleed van de man. (Nederlands)
Serpentijnstenen voorwerpen zijn vanwege de wonderbaarlijke werking die aan het materiaal werd toegeschreven lange tijd even duur als gewild geweest. Vorsten dronken eruit omdat de steen - indien er gif aan de drank was toegevoegd - uiteen zou spatten. Bovendien hielp de steen tegen jicht, pleuris en andere ziekten. Ook Gelderse, adellijke lieden hadden dergelijke voorwerpen in huis. Op het deksel is het alliantiewapen van de prominente Gelderse geslachten Van Lawick en Van Middachten gegraveerd. Waarschijnlijk is de beker ter gelegenheid van een huwelijk vervaardigd. (Nederlands)
Bierpul van serpentijnsteen, gegraveerd met het alliantiewapen van de Gelderse familie Van Lawick-Van Middachten. (Nederlands)